Zwitserland is een land met vier talen: Frans, Duits, Italiaans en Retro-Romaans. Behalve de taal, heeft de wijnbouw ook een grote verscheidenheid aan culturele invloeden en historische invloeden. De eerste wijnstokken werden door de Romeinen in de buurt van het huidige Basel geplant. Maar de Bourgondische monniken hebben in de zesde eeuw na Christus het meeste werk verricht, zij zijn verantwoordelijk voor het stichten van het beroemde klooster St.-Maurice en voor het vastleggen van de wijnwetgeving bij het meer van Genève. Eind 19e eeuw bereikte de Zwitserse wijnbouw haar hoogtepunt met 34.380 ha., daarna ging het een aantal decennia minder goed veroorzaakt door o.a. meeldauw, druifluis en concurrentie uit vooral Italië.
Het klimaat in Zwitserland is ideaal voor wijnbouw dankzij de combinatie van de bergen, rivieren, meren en bodemgesteldheid. Elke regio maakt gebruik van de specifieke topografische en klimatologische eigenschappen. Voorbeelden zijn de vele zonne-uren aan de zuidzijde van de Alpen en de föhnwind aan de noordzijde van de Alpen. In de grootste wijnregio van Zwitserland, het westen, is de bodemsamenstelling zeer gevarieerd. De bodem bevat leem, kalk, mineralen en geërodeerd steen van de gletsjers. In de overige gebieden zijn de grondsoorten ook zeer gevarieerd.
In Zwitserland wordt in elk kanton wijn gemaakt. Het grootste gebied ligt in het Franstalige westen, het is in totaal 11.420 ha groot. De grootste wijnkantons in het westen zijn Genève, Waadt en Wallis. Laatstgenoemde is met 5.200 ha het grootste wijnkanton van Zwitserland. Het Duits sprekende Oost Zwitserland is het tweede wijngebied, met de kantons Zürich, Schaffhausen, Graubünden, Aargau, St. Gallen en Basel met in totaal 2.600 ha. Het derde gebied is het Italiaans sprekende Ticino met ca. 1000 ha.
Er zijn in Zwitserland meer dan 50 verschillende druivensoorten aangeplant, waarvan vooral de inheemse soorten erg interessant zijn. Voorheen was de meerderheid witte wijn, tegenwoordig is dat rode wijn. In het westen wordt er veel witte wijn van chasselas gemaakt, de rode wijn is vaak gemaakt van pinot noir en gamay. In het oosten ziet men naast regionale druivensoorten veel müller thurgau (wit) en blauburgunder (rood). In het zuiden ziet men vaak rode wijn van merlot.
In Zwitserland gelden een aantal basisregels ter aanzien van de wijnbouw, maar er is nog altijd geen echte wijnwet. In de kantons gelden wel AOC's (herkomstaanduidingen), maar omdat die zijn zo onduidelijk, zodat veel wijnmakers hun wijn op de markt brengen als tafelwijn. Wel kostbare tafelwijn, want door de hoge grondprijzen en de al eerder genoemde hoge produktiekosten zijn Zwitserse wijnen over het algemeen hoog geprijsd.